Willem Roelofs
1822 - 1897
De Haagse schilder Willem Roelofs wordt beschouwd als een voorloper van de Haagse School: een groep schilders van het landschap die zich concentreerden op de sfeer en lichtval in de natuur. In de jaren dat hij in Brussel woonde (1847-1887) vormde Roelofs een schakel tussen de Franse School van Barbizon en de vooruitstrevende Nederlandse landschapsschilders in Den Haag. Zelf schilderde hij vooral Hollandse landschappen met waterpartijen en koeien. Roelofs had het schildersvak geleerd bij Van de Sande Bakhuyzen en op de Haagse Academie.
'Landschap bij naderend onweer' (1850) (www.rijksmuseum.nl)Zijn vroege werk sloot nog sterk aan bij de heersende stroming in de schilderkunst, de Romantiek, in de trant van Barend Cornelis Koekkoek en Andreas Schelfhout. Dramatische landschappen als 'Naderend onweer' tonen de grootsheid van de natuur. Dreigend hangt de donkere wolkenmassa boven het duinlandschap. De ruiter geeft zijn paard de sporen. Hij houdt zijn hoed vast, zijn jas wappert in de wind. Een hond volgt hen. Haast is geboden, het onweer kan elk moment losbarsten. Even breekt de zon door de wolken. Het licht beschijnt de zandgrond en doet de zilverwitte berkenstammetjes oplichten tegen de donkere duinen. Het tafereel toont de nietigheid van de mens tegenover de grootsheid van de natuur. Dit is kenmerkend voor de romantiek. De dramatische voorstelling is in 1850 geschilderd door Willem Roelofs.
'Landschap bij naderend onweer' is een van Roelofs laatste schilderijen in de romantische stijl. Later zou hij op een meer impressionistische wijze gaan schilderen. Ten tijde van het onweerslandschap ging het Roelofs vooral om het dramatisch effect en niet om een nauwkeurige weergave van de natuur.
School van Barbizon
Na het zien van de werken van de School van Barbizon in 1852 breekt Willem Roelofs als één van de eerste kunstenaars in de negentiende eeuw met de romantische traditie. De natuur is de stof waaruit wij moeten putten, was het credo van de vermaarde landschapschilder Willem Roelofs. Als een van de eerste Nederlandse kunstenaars trok hij, in navolging van de schilders uit de School van Barbizon, er 's zomers op uit om direct in de natuur inspiratie op te doen voor zijn virtuoze landschappen.